De tweede droge en vooral warme zomer op rij liet ook in Buitenpost allerlei opmerkelijke natuurverschijnselen zien. Het ongetwijfeld meest in het oog lopende voorbeeld was wel de zéér uitbundige bloei van ingezaaide ‘bijenplanten’ rondom de nieuwe vijverpartijen tussen de Buitenpostervaart en Lutkepost. Wat een spektakel!

Voor mij als plantenliefhebber is het moeilijk voorstelbaar dat een andere bloeiexplosie niet ook opgemerkt zou zijn, toch sluit ik niet uit dat u de vele duizenden gele bloeiwijzen van Groot blaasjeskruid gemist hebt in de vijvers tussen de Bernhardlaan bij Essentra (voorheen Enitor) en de Bernhardlaan bij Haersmahiem. Maar u kunt die omissie nog inhalen want de planten bloeien nog wel door tot in september. Let op, er was nóg een massaal optreden van een geelbloeiende waterplant in de vijvers: Watergentiaan. De foto’s bij dit stukje maken wel duidelijk wat wat is. Watergentiaan moet u zoeken in de vijvers tussen de Bernhardlaan en de ijsbaan, en die langs de rondweg bij de Zeilen en het Kranswier. Moeilijk zal dat niet zijn, want het gaat om bij elkaar minstens duizend vierkante meters! Over Watergentiaan valt ook van alles te zeggen, maar ik focus nu op dat blaasjeskruid.

foto watergentiaan

Watergentiaan (@foto: Bert Verbruggen, Verspreidingsatlas.nl)

We hadden in Nederland vijf soorten blaasjeskruid. Eén is verdwenen, twee zijn zeldzaam, Loos blaasjeskruid is vrij zeldzaam, en Groot blaasjeskruid is vrij algemeen. In het noorden komt die laatste het meest voor in de ‘nulmeterzone’, de overgang van hoog naar laag Nederland waar vaak kwel optreedt. En zo zijn we dus thuis in Buitenpost. Groot en Loos blaasjeskruid zijn niet van elkaar te onderscheiden als je ze buiten de vruchttijd vindt. Zijn er vruchten dan is het niet heel moeilijk: die van Groot blaasjeskruid worden rijp en hangen dan als klokjes aan omlaag gebogen stengeltjes. De vruchten van Loos blaasjeskruid blijven ...jawel... loos, en hun vruchtstengeltjes blijven schuin omhoog steken. Overigens bewonen ze verschillende milieus. Het is bekend dat al de genoemde blaasjeskruiden het best bloeien in warme zomers, hoewel ze wereldwijd vooral voorkomen in de gematigde zone. De relatie tussen hun massale aanwezigheid dit jaar en de warme zomer is dus niet zomaar verklaard. Er zijn trouwens ook tropische blaasjeskruiden.

foto groot blaasjeskruid

Groot blaasjeskruid, (@foto: Piet Zuidema, Kollum)

Blaasjeskruid staat bekend als ‘vleesetende’ plant. Het heeft onder water zeer fijn verdeelde bladeren met aan de bladslippen kleine maar duidelijk zichtbare, aanvankelijk heldere blaasjes. Die blaasjes worden afgesloten door een klepje dat van een soort voelsprietjes voorzien is. Ze vertonen enige onderdruk. Komt er nu bijvoorbeeld een watervlo of een eencellig waterdiertje in contact met zo’n gevoelige spriet, dan opent het klepje zich plot- seling en zuigt het blaasje water naar binnen met daarin dat diertje. Dat wordt binnen een half uur verteerd door in het blaasje aanwezige enzymen. Het blaasje kleurt dan bruinig. Omdat blaasjeskruiden langs deze weg aan voedsel komen, hebben ze nauwelijks wortels. Kijk, dat had u nog nooit vermoed... massale aanwezigheid van roofplanten in Buitenpost! We weten niet half wat er in onze leefomgeving gebeurt.

Overigens vangt Groot blaasjeskruid anders dan de andere blaasjeskruiden ook wel plantaardige ‘prooien’ zoals op het water gevallen stuifmeelkorrels die in het water zijn gaan zweven, en algen. Dat Groot blaasjeskruid ook vegetarisch kan leven, levert hem een grotere concurrentiekracht op ten opzichte van krachtig groeiende waterplanten. De andere blaasjeskruiden zijn strikter carnivoor en zijn daardoor helemaal gebonden aan een zeer voedselarm watermilieu waarin de meeste planten geen bestaansrecht hebben. En tja, dat hebben we in Nederland niet veel.