Vanzelfsprekend kennen we ons voorgeslacht tot enkele generaties terug en weten we in ieder geval wie onze grootouders waren. Maar bij overgrootouders wordt het al moeilijker en de generaties daarvoor zijn vaak verdwenen in de nevelen van het verleden. Wij staan allemaal in een lange lijn van geslachten, waarvan staat geschreven: "Geslachten komen en geslachten gaan". De achternaam, en soms ook de voornaam, zijn vaak de meest herkenbare erfstukjes die we van onze voorouders meekregen. De achternaam werd burgerlijk voor het eerst vastgelegd in 1811 en daarover gaat dit artikel.
De oude geschiedschrijvers waren nogal onder de indruk bij het beschrijven van ons dorp. In 'Historische rondwandelingen door Friesland' wordt door Hepkema het volgende geschreven: "Dit is een zeer groot en vermakelijk dorp en wie het kent, zal dit volgaarne toestemmen". De schrijver van 'Tegenwoordige staat van Friesland' doet er in 1876 nog een schepje bovenop met het volgende: "Buitenpost, dit is het schoonste en wat de kerkbuurt betreft, verre het grootste en vermogendste dorp der Grieteny, met vele fraaie huizen bebouwd".
Veel inwoners van Achtkarspelen hebben in de Franse tijd een achternaam gekozen. Tot 1811 was iedereen verplicht om bij geboorte, overlijden e.d. aangifte te doen bij de kerkvoogden van de plaatselijke kerk. Een en ander werd opgetekend in de kerkboeken. Duplikaten van deze boeken, die in de provincie Friesland werden bijgehouden, liggen ter inzage op het Rijksarchief te Leeuwarden.
Het dragen van een familienaam kwam in het Noorden en Oosten van Nederland tot 1811 maar weinig voor. De steden vormden een uitzondering. Reeds in de dertiende eeuw kwamen in de andere delen van Nederland vaste familienamen voor. Volgens een Quotisatiekohier uit 1749 van de gemeente Achtkarspelen, waarop alle gezinshoofden voorkomen, woonden er in Achtkarspelen slechts 75 belastingplichtigen met een familienaam. Tot deze groep behoorden in de meeste gevallen de meer 'welgestelden' zoals bijvoorbeeld 'de Haersma's' uit ons dorp. Er waren echter ook een aantal arbeiders, die een achternaam droegen. Eertijds noemde men zich in het algemeen naar de voornaam van de vader (de patroniem) en wanneer de vader niet bekend was naar de voornaam van de moeder (de matroniem). Een jongen die werd gedoopt als Jan en een zoon was van Pieter, gind door het leven onder de naam Jan Pieters.
Maar in 1811 veranderde dit allemaal. Keizer Napoleon Bonaparte schreef voor dat iedereen een familienaam moest aannemen en wanneer men deze naam al droeg, was het verplicht om deze schriftelijk vast te leggen. In de maand december van het jaar 1811 werd ook in Achtkarspelen een register van familienamen aangelegd, met een totaal van 850 akten. Het aantal inwoners van de gemeente bedroeg destijds ongeveer 5000. Hoewel er geen straf voor stond op het niet nakomen van de verplichting om een naam aan te nemen, was de opkomst groot bij de burgerlijke stand van Achtkarspelen. Gezinshoofden lieten een familienaam in een akte vastleggen voor zichzelf en eventueel voor een bepaald aantal kinderen. Was van een gezinshoofd of van een alleenstaande persoon nog een vader in leven, dan was deze verplicht een gang naar de gemeente te maken. De door de grootvader aangenomen naam gold dan ook voor de kinderen en kleinkinderen. Een deel van de verschenen personen in 1811 was de schrijfkunst niet machtig. Zij plaatsten onder aan de akte een kruisje "ter vervanging van het voormalige handmerk". Bij het raadplegen van de akten kan men zien dat vaak de eigen naam met grote moeite en diverse fouten werd geschreven.
Wat voor soorten familienamen werd door het voorgeslacht aangenomen? Voor de overzichtelijkheid kan de volgende rangschikking worden gemaakt:
Er blijven echter nog een aantal vragen over hoe een bepaalde familienaam is ontstaan. In de 17e en 18e eeuw hadden de huizen geen nummers. Om deze reden had een groot aantal woningen en gebouwen wèl een uithangbord, dat dus als herkenningsteken diende. Op deze borden stonden allerlei afbeeldingen, zoals dieren, planten, hemellichamen, bergen, rivieren, enzovoorts. Het lag voor de hand dat men zich noemde naar dit herkenningsteken, dat hun adres aangaf. Namen als De Haan, van Zon, de Leeuw e.d. zijn duidelijk voorbeelden van adresnummers (afbeeldingen). Het ontbreken van huisnummers leverde in vroegere tijden geen problemen op, de plaatsen waren nog kleiner en men kende elkaar nog. In 1807 werd door de Franse bezetter een verplichte huisnummering ingevoerd om een nieuwe onroerendgoed-belasting te realiseren. Volgens voorschrift moest voor elk gebouw een duidelijk bord worden geplaatst met het nummer in olieverf.
Omdat de verplichting van naamsaanneming een maatregel van de gehate Fransen was en men vaak het nut er niet van inzag, koos men in andere gemeenten wel eens uit balorigheid of onverschilligheid voor doldwaze familienamen, niet beseffende dat hun nageslacht hier nog jaren last van zou hebben. Deze 'lollige' namen bestaan nog altijd, zoals Poepjes, Naaktgeboren, Suikerbuik, enz. In Lemmer en omgeving komt de naam Poepjes nog veelvuldig voor. Het verhaal gaat dat koningin Wilhelmina de naam uitsprak als "Poëpjes" bij de huldiging van een winnaar van een schaatswedstrijd.
Het aantal inwoners van Buitenpost was rond 1811 rond de 600 inwoners; dus iets meer dan een tiende deel van het huidige inwonersaantal. Dit houdt in dat er in ons dorp maar een beperkt aantal mensen is te vinden, van wie de voorouders in 1811 hun achternaam in dit dorp aannamen. In de kleinere dorpen van de gemeenten, die niet zo sterk zijn gegroeid, komt dit veel vaker voor. Lutjepost, dat oorspronkelijk één van de acht kerspelen (kerkdorpen) was, werd in 1945 bij Buitenpost gevoegd. De weinige inwoners wonen sedert dat jaar aan de straten Lutkepost en Kuipersweg te Buitenpost. In het burgerlijke standregister, waarin de aanneming van achternamen is geregistreerd, komen 101 akten van inwoners van Buitenpost voor en slechts 1 van Lutjepost.
Onderstaand treft u een alfabetische lijst aan van de aangenomen achternamen door de inwoners van Buitenpost in 1811. Deze gegevens zijn overgenomen uit het boek 'Repertorium van familienamen in 1811-1812 in Friesland, aangenomen of bevestigd' door P. Nieuwland e.a. Boven aan de lijst staat een zekere Jacob Makkes. Deze Jacob, die een zoon was van Makke, ging voortaan dus volgens de burgerlijke stand officieel Jacob Makkes Adema heten. Hetzelfde is van toepassing op de volgende namen. Het cijfer in de laatste kolom geeft het aantal kinderen aan, die de aangever van de naam opgaf bij de gemeente. Deze kinderen gingen dus ook deze achternaam dragen:
Nummer | Familienaam | Voornamen | kinderen |
1 | Adema | Jacob Makkes | - |
2 | Adema | Johannes Makkes | - |
3 | Adema | Willem Reinders | - |
4 | Appelhof | Jan Gerryts | 2 |
5 | Bij, van der | Hendrik Antoon | 2 |
6 | Bij, van der | Meint Gerryts | 2 |
7 | Boer, de | Benne Oebles | 3 |
8 | Boer, de | Heijne Eerds | 1 |
9 | Boer, de | Jan Lubberts | - |
10 | Boer, de | Jelle Eerds | 4 |
11 | Boersma | Gerryt Lubberts | 2 |
12 | Boersma | Roelof Lourens | - |
13 | Bok, de | Jan Teunis | 3 |
14 | Boonstra | Jacob Wilkes | 5 |
15 | Brouwers | Jacob Sjoerds | 1 |
16 | Brouwers | Oebele Berends | 2 |
17 | Brouwers | Wytze Berends | 5 |
18 | Dalman | Thomas Pieters | 2 |
19 | Dijkstra | Geert Tjeerds | 5 |
20 | Dijkstra | Grietje Johannes | 2 |
21 | Dijkstra | Yttjen Tjebbes | 3 |
22 | Eskens | Minze Ates | 1 |
23 | Fasema | Klaas Luitjens | - |
24 | Feenstra | Dirk Tjeerds | 3 |
25 | Flapstra | Beerend Hendriks | 3 |
26 | Haagsma | Grietje Johannes | 3 |
27 | Hayema | Renze Pieters | 6 |
28 | Harsma | Bouwe Bernardus | - |
29 | Heide, van der | Beerent Lammerts | 2 |
30 | Heydema | Andrys Steffens | 6 |
31 | Heydema | Klaas Steffens | 3 |
32 | Hellinga | Wytze Klazes | 2 |
33 | Hiemmersma | Durk Jans | - |
34 | Hoeksema | Bauke Everts | 3 |
35 | Hoekstra | Harmen Beerents | 2 |
37 | Hoekstra | Pieter Hendriks | 7 |
38 | Hopperus | Enne Douwes | 3 |
39 | Horn | Lubbert Jans | 7 |
40 | Hout, van der | Hans Jelkes | 1 |
41 | Huisinga | Jacob Tjeerds | 5 |
42 | Kats | Gabe Kornelis | - |
43 | Kleystra | Swier Geerts | 3 |
44 | Kloosterman | Jacob Andries | 2 |
45 | Kloostra | Pytter Jacobs | 1 |
46 | Kootstra | Aldert Doeyes | 3 |
47 | Kootstra | Jitske Martens | 3 |
48 | Kuiper | Hendrik Jacobs | 3 |
49 | Kuiper | Rintje Hendriks | 5 |
50 | Kuipers | Durk Durks | 6 |
51 | Kuipers | Jacob Durks | - |
52 | Kuipers | Kornelis wed. | 3 |
53 | Kuipers | Willem Durks | - |
54 | Meer, van der | Jan Egberts | 3 |
55 | Miedema | Hendrik Jacobs | - |
56 | Miedema | Jan Jacobs | 2 |
57 | Molenberg | Evert Dirks wed. | 2 |
57a | Molenberg | Pieter Dirks wed. | 4 |
58 | Nycolai | Atze Roels | 3 |
59 | Nycolai | Roel Klazes | 2 |
60 | Oostenbrug | Eetse Teunes | 7 |
61 | Oosterhoff | Gorryt Rinzes | - |
62 | Oostvries | Jan Jans | 5 |
63 | Poel, van der | Lolkje Feykes | 6 |
64 | Postmus | Bontje Barteles | 6 |
65 | Postmus | Wytze Freerks | 9 |
66 | Posthumus | Stijntje Hilles | 2 |
67 | Rispens | Eebe Tjeerds | 5 |
68 | Roolving | Hendrik Jans | 2 |
69 | Ruwersma | Wessel Pieters | - |
70 | Sybrandy | Wytze Jans | - |
71 | Sipma | Oebele Binnes | 7 |
72 | Smedis | Melle Foppes | 5 |
73 | Stiksma | Hendrik Hendriks | 8 |
74 | Struiksma | Andrys Gaatzes | 4 |
75 | Swart | Albert Jacobs | 9 |
76 | Tollinga | Meint Eelzes | - |
77 | Tuyn, van der | Dirk Luwes | 1 |
78 | Uwma | Hendrik Sjoukes | 7 |
79 | Vaatstra | Ybele Lubberts | 1 |
80 | Veen, van der | Harke Lykeles | 6 |
81 | Veen, van der | Jan Sjoerds | 1 |
82 | Veen, van der | Rudmer Sierks | 5 |
83 | Veen, van der | Thomas Sjoerds | 5 |
84 | Veenstra | Ruurd Libbes | 2 |
85 | Veenstra | Sytze Diemers | 5 |
86 | Vries, de | Pytter Jans | 2 |
87 | Wadman | Folkert Douwes | 1 |
88 | Wal, van der | Jan Hendriks | 1 |
89 | Wey, van der | Pieter Hielkes | 3 |
90 | Weyma | Reijntje Alberts | 2 |
91 | Westerhoff | Binne Alles | 3 |
92 | Woudsma | Haike Sipkes | 2 |
93 | Woudsma | Johannes Zipkes | 2 |
94 | Ystra | Fedde Ruurds | 2 |
95 | Ystra | Marten Ruurds | - |
96 | Ytsma | Gerben Fokkes | 7 |
97 | Zijlman | Janke Huberts | 2 |
98 | Zijlstra | Durk Gales | 5 |
99 | Zijlstra | Hendrik Gales | - |
100 | Zijlstra | Ide Johannes | - |
(tekst: Dirk Wildeboer uit Historisch Allerlei Deel II, een uitgave van de Stichting Oud-Achtkarspelen)
(@copyright: www.binnenbuitenpost.nl - 2015)